Self Portrait

Zelf-portret

2003

shortfilm, video (DVC), colour, sound,  3 min. (concept, directing, camera, sound, compositing,  editing)

EEN BLOEDERIG ORAKEL

Ik beken. Ik heb deze week een roman gelezen. Ik beken. Ik heb deze week ook een tentoonstelling bezocht en heb daar een video bekeken. Het boek in combinatie met die videotape deden mij eergisteren naar adem happen. Ik zag iéts. Mocht ik van goede katholieke huize komen zou ik u, waarde luisteraar, verzekeren dat het een interventie was van de heilige geest, die vrolijk dwarrelende, witte bosduif met een palmtakje in haar bek. Soit, eerst het boek.

De nieuwe roman van Paul Auster heet Oracle Night of Orakelnacht in het Nederlands en in de boekhandel las ik een paragraaf en ik was verkocht. Ik zette mijn GSM af, deed een fles wijn open en begon te lezen. De tijd vloog voorbij en de gelezen bladzijden hielden gelijke tred. Maar toen stootte ik plots op een passage waarin Auster de kracht van het voorspellend schrijven uit de doeken doet.

Zijn hoofdpersonage in Orakelnacht stelt zich het meest pijnlijke scenario voor dat zijn vrouw zou kunnen overkomen en schrijft dat neer in een geheimzinnig schriftje. Meteen daarna wordt diezelfde schrijver door een steeds sterker wordende onrust opgevreten. Stel dat zijn woorden die nu nog fictie zijn in de toekomst realiteit worden. Is de schrijver een onwillige ziener, grijpt hij dingen uit de lucht die nog komen moeten, is er een of andere demon die zijn pen vasthoudt?

Ik sloeg het boek van Auster toe, hij gaf me even een kijk in de spiegel. U moet weten dat ik als schrijver sommige onderwerpen vermijd, ik probeer ervoor te zorgen dat mijn personages niet al te veel gruwelijkheden overkomen of eerder: dingen die ik zelf niet wil meemaken. Ik schrijf dus met de rem op maar helaas gaan meestal mijn personages gewoon lopen met het verhaal en kom ik dan toch in woelig vaarwater terecht.

Aan schrijven is geen ontkomen aan. Maar daar denk ik dus liever niet te veel over na. Ik deed mijn jas aan en ging de deur uit. Ik vluchtte naar het Muhka waar er op dit moment een tentoonstelling loopt over Belgische kunst uit de jaren negentig. Op een onverklaarbare wijze werd ik naar de linkervleugel van de tentoonstelling geleid en daar zag ik de video “Zelfportret” van Frank Theys. Ik keek naar een onthoofde man die voor zijn pc zit. Uit zijn nek spuiten twee bloedstralen, geritmeerd door zijn nog steeds kloppende hart. Het bloed spat tegen het scherm van zijn monitor en over zijn klavier. Ik zette de koptelefoon op en hoorde dat bloed spatten. Ik keek, luisterde, en zag mezelf, overstoorbaar bloederige toestanden veroorzakend terwijl ik de ene zin na de andere wegtokkelde. Na een tijdje staat de onthoofde man op een gaat hij aan het raam staan terwijl de bloedstralen ook daar alles van een rode kleur voorzien. Het boek van Auster en de video van Theys werden in mijn verbeelding tot twee onafscheidelijke afbeeldingen op één munt geslagen.

Als het schrijven bij Paul Auster af en toe gepaard gaat met een existentiële angst, wordt het schrijven bij Frank Theys pure grand guignol. De schrijver is een kip zonder kop, bloed spuitend doch onverschillig, dood maar ook levend. Beste Frank Theys, ik ga u zeker bellen en bedanken. Op een of andere manier voel ik me veiliger als een schrijvende zombiekip die mijn pc van bloedspatten voorziet dan de schrijver die ik nu af en toe ben, soms vol schrik over welke rampen ik over me heen roep telkens ik mijn pc opzet.

Ik groet u, kakelend en gorgelend en met immer bespatte kleren.

Kunst kan je leven redden.

Jeroen Olyslaegers
13-2-2004